Molen (kruitfabriek), Delft

Delft, Zuid-Holland
v

korte karakteristiek

naam
(kruitfabriek)
modeltype
rosmolen
functie
kruitmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
08592
oude dbnr.
V8592
Meest recente aanpassing
| Conversie

locatie

plaats
Delft
plaatsaanduiding
Buitenwatersloot n.z.
gemeente
Delft, Zuid-Holland
streek
Delft
kadastrale aanduiding 1811-1832
Hof van Delft C (1) 164 (kruidmagazijn) Het Rijk onder opperbeheer van het Departement van Oorlog
geo positie
X: 83429, Y: 446913
N: 52.00597, O: 4.34483

constructie

modeltype
rosmolen
krachtbron
spierkracht
functie
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
circa
verdwenen
geschiedenis
Nadat de kruitmolen bij de Heltoren (Tenbruggencatenummer 07593) te gevaarlijk werd geacht, werd het bedrijf verplaatst naar benoorden de Buitenwatersloot.

In 1672 werd het terrein van de toekomstige kogelgieterij aangekocht door Salomon van Heul, buskruitmaker in de binnenstad van Delft. Op dit terrein liet hij op kosten van de Staten van Holland en West-Friesland nog vier kruitmolens met een stalling voor 16 paarden bouwen. Uit veiligheidsoverwegingen werd het geheel door een aarden wal omgeven.

In 1721 overleed Salomon van Heul, waarna het bedrijf werd voortgezet door zijn schoonzoon Willem Steal, die echter na twee jaar eveneens overleed. De kruitmakerij werd toen eigendom van Hendrik en Nicolaas van Hoorn. In 1742 vloog een van de kruitmolens in de lucht, waarbij zelfs schade in de binnenstad tot de Rotterdamse poort werd aangericht. De twee kruitmagazijnen bleven zo goed als gespaard. De Staten van Holland hadden nog het eigendomsrecht op de resterende molens en de 's lands kruitmagazijn en besloten deze te verkopen. De magistraten van Delft kochten eerst de grond en grachten en daarna de bebouwing.

Destijds stond hier een gebouw, waarin in 1790 een zwavelmagazijn ondergebracht. In dit gebouw werd door de landsregering een fabriek gevestigd, die een patronenfabriek, een ijzergieterij, een draaierij, een smederij en de nodige burelen en magazijn omvatte. In 1814 werd de ijzergieterij vergroot.

Ook hier deden de stoomwerktuigen hun intrede. Tot het jaar 1869 fabriceerde dit bedrijf 224.116 projectielen. Toen men ook een inrichting wenste voor het vervaardigen en vullen van slaghoedjes leidde dit er na een langdurig overleg met het Delftse gemeentebestuur, toe dat in 1845-1846 de fabriek daartoe werd gebouwd op een terrein dat grensde aan de kogelgieterij.
Alle gebouwen met een militaire bestemming vormden één complex dat de fabrieken uit 1831 en die van 1845-1846 omvatte. De in 1845-1846 opgerichte fabriek werd later ingericht voor de vergrote hulzenfabricage. Slaghoedjes hadden door de modificatie van 1869 afgedaan voor het Nederlandse leger. Wel bleven ze nog nodig voor het leger in Indië.

Op 20 juli 1941 werd de Kogelgieterij door Engelse vliegtuigen gebombardeerd, waarbij aanzienlijke schade werd aangericht (zie afbeelding boven), ook aan bebouwing in de omgeving. O.a. werd de munitieopslagplaats getroffen. Door de talloze explosies kon de brandweer niet dichtbij komen.

In 1978 werd zij door de militairen verlaten. Daarna volgde afbraak en kwam er een klein woonwijkje voor in de plaats. De straten kregen namen die aan de oude functie van het terrein herinneren. Alleen het poortgebouw bleef behouden.
Bron: website Buitenwatersloot te Delft van toen tot nu, H.M. Lups en H. v.d. Klugt, 2018.
-----

De molen (een kruitfabriek met vier molens) staat aangegeven op de kadasterkaart van 1811-1832 en op de TMK van ca. 1850. Ervoor was een slaghoedjesfabriek.

aanvullingen

trivia
NB De aangegeven locatie is een schatting.