Molen Polder Waterland, Overleker / Ilpendammer molen 1, Overleek

Overleek, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Polder Waterland, Overleker / Ilpendammer molen 1
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01798 p
oude dbnr.
V6837
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Overleek
plaatsaanduiding
Aan de Wiltsloot
gemeente
Waterland, Noord-Holland
streek
Waterland
kadastrale aanduiding 1811-1832
Monnickendam C (1) 5 Waterland
geo positie
X: 126416, Y: 496617
N: 52.45657, O: 4.96668

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting

Scheprad, later vijzel 2 m Ø

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
binnenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
vlucht
25,76 m
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
geplaatst
verdwenen
afgebroken
geschiedenis

Tot 1649 stonden op deze plek aan het einde van de Wiltsloot al vier andere molens, zie Overleker molen 1 (1e) (molen 17858).

Opregte Haarlemsche Courant, 19 aug. 1826:
"HOOGHEEMRAADSCHAP VAN WATERLAND
AANBESTEDING
Dijkgraaf en Hoogheemraden van WATERLAND, zullen op Woensdag, en 30 Augustus 1826, des middags ten 12 uren precies, ten Gemenelands Huize te Nieuwendam, Aanbesteden:
1e. Het verplaatsen van twee WATERMOLENS, van de Rijperkolk aan den Waterlandschen Zeedijk, naar het Oudelandsch Dijkje bij Ilpendam.
2e. Het Aanleggen en Graven van een MOLENKOLK en KOLKDIJKEN, met het Doorgraven van het voornoemde OUDELANDSCH DIJKJE, en het Bouwen van een SLUISJE in hetzelve Dijkje.
Deze Aanbesteding zal geschieden bij inschrijving en Opbod.
De Bestekken hiervan zullen ter lezing liggen te Amsterdam ... [enz.]
Zullende acht dagen voor de Aanbesteding, de noodige aanwijzing worden gedaan, en bij den Architect van Waterland, S. MEYNDERS, te Monnickendam, de noodige informatien te bekomen zijn.
Dijkgraaf en Hoogheemraden van Waterland.
S. de VRIES."

Er werden hier weer drie molens geplaatst, afkomstig van de Rijperkolk (zie Polder Waterland, Rijpermolen 1, dbnr. 6840), die het water uit de Waterlandse boezem via een kolksloot uitmaalden op de Purmerringvaart, deel van de Schermerboezem. Hiervoor moest Waterland jaarlijks bijna ƒ 800 vergoeding betalen aan Uitwaterende Sluizen.

In 1849 werd molen Nr. 2 vervijzeld.
Op 27 september 1851 verbrandde molen Nr. 2, en liep molen Nr. 1 schade op aan de kap. Molen Nr. 2 werd herbouwd.

De Overleker molens kwamen goed van pas toen in 1865 de nabijgelegen Noordmeer, geheel binnen de Waterlandse boezem gelegen, werd bedijkt en ingepolderd. De droogmakers wilden het stoom-vijzelgemaal eerst aan de oostzijde van het meer plaatsn, maar besloten later het aan de noordzijde, tegenover de Wiltsloot te zetten zodat het uitgemalen water direct door de Overleker molens kon worden afgevoerd naar de Schermerboezem.

Purmerender Courant 18 mei 1873:
"Hoogheemraadschap Waterland, AANBESTEDING.
Dijkgraaf en Hoogheemraden van Waterland zullen op Zaterdag den 24sten Mei 1873, des namiddags ten één ure, in het Gemeenelandshuis te Monnickendam, publiek aanbesteden: [...]
Binnenwerken.
1e. Het verhoogen en verzwaren van den Kolkdijk bij de Ilpendammer Watermolens.
2e. Het maken van een nieuwe houten Voorwaterloop aan de Ilpendammer molen No. 3, en het maken van een nieuwe Bovenslagdrempel aan de Poelsluis.
[...]".

Purmerender Courant 8 nov. 1874:
"INPOLDERINGEN in Waterland.
Dijkgraaf en Hoogheemraden van WATERLAND,
Gelet hebbende op het bepaalde bij Art. 14b der Politie-verordening van 17 Augustus 1867, willende tegemoetkomen aan de klachten: "dat de Watermolens staande aan de Poelkolk, in het noordelijk en westelijk gedeelte van Waterland bezwaarlijk kunnen worden gezien", brengen ten kennisse van de belanghebbenden:
Dat ingeval de Watermolens aan de Poelkolk wegens hoogen waterstand buiten gemaal worden gesteld, op de Ilpendammer molen No. 3 een blaauwe Seinvlag zal worden geheschen, ten teeken, dat de molens op afzonderlijke inpolderingen geplaatst, moeten stilstaan, tot zoolang de genoemde Seinvlag weder wordt ingenomen.
Dijkgraaf en Hoogheemraden voornd., D. HOOGEBOOM, Dijkgraaf."

Vanwege de bouw en ingebruikname van twee stoomgemalen, bij Kadoelen in december 1875 en bij Uitdam in 1876, hoefde Waterland geen water meer af te voeren op de Schermerboezem. Daardoor werden dus de vier noordelijke windmolens overbodig, zoals te lezen in de Purmerender Courant van 10 maart 1878:
Verkoop tot sloping, bij inschrijving op 16 maart 1878:
"De Opstal van drie Molens staande nabij Ilpendam, en één Molen staande bij Monnickendam. De kooper zal de Kolkdijken moeten slechten, volgens aanwijzing van het bestek, [...]"

De molens werden eind 19e eeuw gesloopt toen er stoomgemalen kwamen aan de Zuiderzeedijk. Op de waterstaatskaart van 1878 staan de drie molens niet meer aangegeven.

Molen Nr. 1 staat met onderschrift "Ilpendam" afgebeeld op een reclame van Wiiteveen's limonadefabriek uit Utrecht.

In de twintigste eeuw werd het terrein waar voorheen de poldermolens stonden, bemalen door een ijzeren weidemolen van (ons) onbekend fabricaat. Zie foto in Waterlands Archief, fotonummer RJ000000024.

Bron o.a.:
- "De Overleker Molens", art. door Jos van der Lee in "De Hofbrug", Oudheidkundige Vereniging Ilpendam, sept. 2019.

aanvullingen

trivia

In 1828 liet Waterland, in navolging van proeven door Jan Blanken bij de Culemborgse Voormolen nr. 5, in een der Ilpendammer molens een extra scheprad plaatsen en de aandrijving aanpassen. Deze werkte met het "vereenvoudigings-stelsel" van Blanken. Dat hield in dat het waterwiel met bak en wateras verviel en de schepraderen werden aangedreven middels een rondsel op de koningsspil, direct op een ijzeren tandkrans op het scheprad. De schepraderen van 6,40 m Ø konden, naar gelang de windkracht, gezamenlijk of afzonderlijk worden aangedreven. Het ene was 41 duim breed en het andere 29 duim.

De bedoeling was om het maalvermogen van de molen te verdubbelen of meer, zodat de helft van het aantal poldermolens zou kunnen verdwijnen. De werkzaamheden werden uitgevoerd door S. Mijnders te Monnickendam. De ijzeren delen werden gemaakt door de ijzergieterij Sevenbergen en De Lanoy te Amsterdam.

In zijn verhandeling betoogt Blanken dat de verbouwing van de windmolens met het vereenvoudigings-stelsel de bouw van veel duurdere stoomgemalen overbodig zou maken ... 135 maaldagen kosten bij gebruik van een windmolen ƒ 500 - 600 per jaar, bij gebruik van stoombemaling ƒ 39.000 per jaar, sommige jaren oplopend tot ƒ 80.000.

Bron: artikel "Korte verhandeling over het vereenvoudigings-stelsel in de raderwerken van onze gewone poldermolens met de waarnemingen, die eene dubbele uitwerking bevestigen" door J. Blanken Jz., in "De vriend des vaderlands; een tijdschrift toegewijd aan den roem en de welvaart van Nederland en in het byzonder aan de hulpbehoeftigen in hetzelve", 1829, no. 5. Zie Delpher.
Gemeld door Laura Bromet, 13 dec. 2017.