Molen Katsbroekermolen / Molen van Katsbeek, Susteren

Susteren, Limburg
v

korte karakteristiek

naam
Katsbroekermolen / Molen van Katsbeek
modeltype
Watermolen
functie
korenmolen, oliemolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
restant
beek
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03900 a
oude dbnr.
V442
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Susteren
plaatsaanduiding
op de Geleenbeek
beek
gemeente
Echt-Susteren, Limburg
streek
Midden-Limburg
kadastrale aanduiding 1811-1832
Susteren E (3) 1094 Josephus Meuris, molenaar
geo positie
X: 186833, Y: 340124
N: 51.04982, O: 5.84117

constructie

modeltype
Watermolen
krachtbron
water
kenmerken
functie
inrichting
n.v.t., woonhuis
gangwerk
wateras
rad
rad diameter
middenslagrad<br>vanaf 1902 Francis-turbine
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
restant
bouwjaar
verdwenen
geschiedenis
De molen van Katsbeek werd ook de molen van Katsbroek genoemd. Soms komt ook Katsbach voor, een plaatselijke uitspraak voor Katsbeek. De watermolen lag bij de rijksweg Susteren-Sittard op de Geleenbeek. Kadastraal werd de molen 'Op het Schild' en 'In de Papenakker' gesitueerd. Op de bovenloop dreef de Geleenbeek de Stadbroekermolen aan en op de benedenloop de Poolmolen te Holtum.
De molen en het woonhuis lagen onder één pannenzadeldak op de rechteroever van de beek. De lange voorgevel en zijgevels waren met cementspecie bepleisterd en wit gesaust. Vroeger was het een koren- en oliemolen. Het waterrad hing langs de achtergevel. In het begin van de 19e eeuw was Joseph Meuris, getrouwd met Maria Clara Keimes, eigenaar. Hij was ook de molenaar. Na zijn overlijden werd de weduwe Meuris van 1850 tot 1854 eigenaresse en molenaarster genoemd. In 1854 werd de molen met huis, schuur, stal, omringende boomgaarden, bos en tuin openbaar verkocht en toegewezen aan Pieter Jan Roufs, molenbaas op Stadbroek bij Sittard. Het volgend jaar verkocht Roufs de Katsbekermolen aan de Gebr. Jacob en Willem Ingendahl, molenaars in Susteren. In 1860 werd Jacob alleen eigenaar. In 1872 werd Frans Joors, getrouwd met Cornelia van de Winckel en molenaar in Molenbeersel in Belgisch Limburg, door koop eigenaar. In 1894 kocht Jan Mathijs Custers, getrouwd met Anna Sophia Hubertina Peters en molenaar op de Poolmolen te Holtum, de molen van Katsbeek.

Omstreeks 1900 werd de graan- en oliemolen aangedreven door een tamelijk klein middenslagrad. De middellijn bedroeg 4,56 m en de breedte 0,71 m. In 1902 kreeg Jan Mathijs Custers toestemming van het provinciaal bestuur voor de plaatsing van een waterturbine. De turbine en de maalinrichting werden in 1905 gebouwd en geplaatst door de N.V. Machinefabriek en IJzergieterij P. Konings uit Swalmen. De turbinekamer was tegen de gevel gebouwd. Het lessenaarsdak van de kamer sloot op het molendak aan. De verticale turbine-as dreef met riemen rechtstreeks de molenstenen aan. Twee koppel stenen lagen op de maalstoel, die uit ronde gietijzeren kolommen bestond. De turbine kon één koppel stenen aandrijven. Bij het tweede koppel stenen lag de riem los van de riemschijf op de steenspil. Tarwe werd gemalen met Franse stenen. Het andere koppel bestond oorspronkelijk uit blauwe Duitse stenen. Later werd dit koppel vervangen door kunststenen voor het malen van bakrogge en voergraan. Bovendien liep er een horizontale tussenas van de turbine naar de molen.
Aan de zijde van de turbine bevond zich een conische tandwieloverbrenging, aan de binnenzijde een riemschijf voor de aandrijving van de houten wentelas van de oliemolen. Met behulp van de in de wentelas aangebrachte krukken werden de heien opgeheven. Aan het einde van de as bevond zich een kroonwiel van de haakse overbrenging op de spil van de kollergang.
Omstreeks 1934 werd de oliemolen uitgebroken. De spil van het koppel kunststenen werd voorzien van een conische tandwieloverbrenging en een aandrijfas, waarop een benzinemotor met een riem werd aangesloten. Enige tijd later werden een Koppen-maalstoel, een onderloper, en een National-dieselmotor in gebruik genomen. Bovendien werd er een graandrogerij geïnstalleerd. Wegens gebrek aan brandstof werd de dieselmotor in de Tweede Wereldoorlog vervangen door een elektromotor.

Na het overlijden van Jan Mathijs Custers, hij was reeds weduwnaar, vond in 1931 een successie plaats. Eigenaren werden zijn zonen: Antoon Joseph, Joseph Hubertus en Wuhelmus Hubertus. Antoon Joseph was ongehuwd. Hij hielp in de molen en op de boerderij. Hubertus of Joseph Hubertus was de molenaar. Wilhelmus Hubertus was aanvankelijk landbouwer op de boerderij, later vestigde hij zich elders.
Bij successie in 1938 werd Antoon Joseph eigenaar. In hetzelfde jaar werd bij boedelscheiding de molenaar Hubertus eigenaar. Hij werd tenslotte opgevolgd door zijn enige zoon Jan of Jan Mathijs Hubertus.

In 1953 werd de beek na verkoop van het waterrecht ter plaatse gedempt. Custers had toen bij Van Aarsen in Panheel een elektrische hamermolen en een mengketel gekocht voor het malen en mengen van veevoer.


Op 5 juni 1979 werd de graan- en meelhandel op de Katzbekermolen gestopt.
Sjeng Custers moest om gezondheidsredenen het bedrijf sluiten. De voormalige watermolen met het woonhuis werd daarna verkocht en verbouwd.

aanvullingen

trivia
Gemeente Susteren is opgeheven, behoort met ingang van 01-01-2003 tot de gemeente Echt-Susteren.