Molen Pompmolen voor de Drakenfontein, Soestdijk

Soestdijk, Utrecht
v

korte karakteristiek

naam
Pompmolen voor de Drakenfontein
modeltype
rosmolen
functie
pompmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
11361
oude dbnr.
V3807
Meest recente aanpassing
| Algehele revisie gegevens
media-bestand
Molen 11361 Pompmolen voor de Drakenfontein (Soestdijk)
Ets van G. Valck, 1695, ingezonden door Hans Lägers

locatie

plaats
Soestdijk
plaatsaanduiding
bij paleis Soestdijk
gemeente
Baarn, Utrecht
streek
Utrechtse Heuvelrug
geo positie
X: 147528, Y: 467458
N: 52.19519, O: 5.27792

constructie

modeltype
rosmolen
krachtbron
spierkracht
kenmerken
functie
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
geschiedenis

1678-1683: De watertoren van Soestdijk is wellicht de oudste nog bestaande watertoren van Nederland. 
Hij werd in 1678-1683 in opdracht van stadhouder-koning Willem III gebouwd door de waterbouwkundige Willem Meester om de fonteinen in het park van water te voorzien.

De pompen werden aangedreven door een kleine windmolen die bovenop het dak stond, al dan niet in combinatie met een rosmolen.

1687: Van de werking van de molen bestaat een vroege beschrijving van de hand van de Zweedse architect Tessin die in 1687 Soestdijk bezocht: 'een ronde tamelijk grote toren, waarin zich de machine voor de fonteinen bevindt. Beneden wordt die aangedreven door een paard, als de kleine windmolen geen wind heeft. Het water wordt met de pompen gedreven naar twee pijpen van lood tot boven in het loden reservoir, van daar valt het door twee andere pijpen naar beneden en wordt het naar de tuin geleid. Onder de machine is een heel mooie glacière in het midden, waar het paard rondom heen loopt.'

1882: In 1882 werde de rosmolen door de architect L.H.Eberson vervangen door een stoomachine. Onder het plavond van de begane grond zijn echter nog de resten van de rosmolen aanwezig. 
Bron: paleis Soestdijk. 
jnjv

Van de tuinen van het zeventiende-eeuwse Soestdijk weten we veel dankzij het ontwerp, dat in het Algemeen Rijksarchief te Den Haag word bewaard, de vogelvlucht gravure die D. Stoopendaal maakte en de detailtekeningen van G. Valck. De ligging en de functie van de vertrekken bepaalden hoe de omringende tuinen eruit moesten zien. 

Vanuit de Grote Zaal in het westen keken William en Mary uit op een kleine, door eiken omzoomde, siertuin. De prins, die in de zuidvleugel zijn appartementen had, (links van de ingang) zag uit op een in zes vlakken verdeelde grotere tuin met parterres de broderie, tuinbeelden, in kaarsrechte lijnen geplante boompjes en struiken.
Mary's tuinen aan de noordzijde waren uiteraard het mooist. Zij had vanuit haar vertrekken zicht op twee fonteinen met drakekoppen. Aan het eind van de zeventiende eeuw hoorde een hoogopspuitende fontein in een vlak landschap tot een wonder van technisch vernuft. De prins had er een speciale 'fountainier' voor in dienst genomen. Willem Meester. Hij was in gezelschap van Willem Adriaan van Nassau-Odijk naar Parijs gereisd om in Versailles, het gloednieuwe paleis van de Zonnekoning, 's Informer des inventions qui sont en usage pour les fountains'. De heren waren perplex, zoals elke bezoeker die het paleis zag: Le tout est magnefique á Versailles,' verzuchtte ook Hans Bentinck. Willem Meester ging bij terugkeer op Soestdijk aan het werk.

Hij bouwde een windmolen met zes wieken die het water omhoogstuwde. Bij onvoldoende windkracht werd er een paard ingespannen zodat Mary's fonteinen toch konden spuiten.

De windmolen staat er nog altijd, maar is nu in gebruik als watertoren.
Hij verheft zich rechts van de ingang van het bos. Omdat de stenen met klimop zijn begroeid is hij 's zomers moeilijk te zien. Wacht tot de bladeren zijn gevallen, dan tekenen de donkere contouren van de drie eeuwen oude molen, zich duidelijk af...

Bron: Baarnse lusthoven en hun bewoners, blz. 55/56, Thera Coppens.
jnjv
-----
Vanuit haar appartement had Mary aan de noordzijde zicht op de mooiste tuin van Soestdijk. In haar heuvelachtige vaderland vormden fonteinen een vertrouwd verschijnsel. Maar op het Hollandse platteland plaatste het de tuinarchitecten voor een probleem. Bij elke buitenplaats die aan het einde van de zeventiende eeuw werd gebouwd bedacht men een ander oplossing. Zo werd op Gunterstein aan de Vecht het regenwater in een reusachtig zinken reservoir op het dak opgevangen.
Als de bewoonster haar fontein wilde laten spuiten moest een knecht de stop uit de bak trekken waardoor het water omlaag stortte en door de natuurlijke druk omhoog spoot in de tuinvijver. Als het regenwater op was, kwam er abrupt een einde aan het schouwspel.

Willem Meesters, fountainier van Willem III, bedacht voor Soestdijk een fonteinmolen. De zes wieken werden door windkracht aangedreven. Ze zetten een pomp in werking waardoor het water in de zogenaamde drakenfontein kon spuiten. De fountainier had ook rekening gehouden met windstille dagen. Dan konden in de ronde toren van de fonteinmolen geblindeerde paarden worden ingespannen om de pomp in werking te zetten.

Deze unieke toren van de fonteinmolen met zijn mooi ingemetselde gewelfstenen, is in later tijd tot watertoren omgebouwd en staat in het bos aan de noordkant van het paleis..

Bron: Tien vrouwen van Soestdijk, blz. 23/24, Thera Coppens.
jnjv

nog waarneembaar

De stenen toren.

aanvullingen

trivia

De molen had 6 wieken en een staart en stond bovenop een ronde toren. Verbouwd tot rosmolen toen de bomen te hoog werden,daarna motorkracht.
Na de aanleg van de waterleiding verloor alles zijn functie en is de toren thans in gebruik als souvenirs winkeltje. In het winkeltje zouden nog de restanten van de rosmolen zichtbaar zijn.