Gebouwd in 1852 in opdracht van Nanno Timmer; de vergunning tot de bouw werd op 16 april 1852 verleend. Volgens het gemeenteverslag van 1852 werd de molen gebouwd als pel- en roggemolen. Waarschijnlijk heeft in een aanbouw een door de molen aangedreven zaagraam gestaan. Nadat de regelgeving met betrekking tot het stichten van korenmolens was vrijgegeven (1855) schakelde de molenaar (Nanno Timmer) geheel over op het malen en pellen.
Eigenaren: Nanno Timmer, o.a. 1863 tot verkoop op 23 juli 1885 J.W. Groeneveld, o.a. 1896 J. Talsma, Roelf Hilbrands, sinds april 1936 A. Leugs, omstreeks 1955 Fa. A. Leugs.
Omsteeks 1920 ging Roelf Hilbrands geheel over op elektrische aandrijving (25 pk) van zijn maalderij. De verwaarloosde molen verdween gedeeltelijk omstreeks 1920, kap, wieken en pelinstallatie werden verwijderd. In 1924 stond het halve achtkant nog overeind met daarin een 25 pk elektromotor als aandrijving.
De elektrische maalderij was tot omstreeks 1949 in bedrijf.
Het restant is in 2011 nog aanwezig.
-----
In mijn kinderjaren was deze molen al voorzien van een motor. Ik ben wel eens met mijn vader mee geweest, toen hij in een windstille periode met enkele zakken graan naar Garmerwolde ging om het graan te laten malen. Naar ik meen was Hildebrands toen de molenaar, later was dat jarenlang Leugs.
Bron: Kornelis Oomkes. Rondom het molenhuis. Geschiedschrijving over gezin en bedrijf van de familie Willem Oomkes en over Thesinge. "(Korenmolen"GERMANIA").
Houten onderbouw als opslagruimte.
