Molen Rosmolen van Meijers, Grolloo

Grolloo, Drenthe
v

korte karakteristiek

naam
Rosmolen van Meijers
modeltype
geupel
functie
aandrijving dorsmachine(s)
bouwjaar
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
08533
oude dbnr.
V6420
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Grolloo
plaatsaanduiding
Zuiderstraat 13
gemeente
Aa en Hunze, Drenthe
geo positie
X: 241249, Y: 550403
N: 52.93379, O: 6.67002

constructie

modeltype
geupel
krachtbron
spierkracht
functie
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
geschiedenis
Op sommige boerderijen werd rond het einde van de 19e eeuw het dorsen met dorsstokken of dorsvlegels vervangen door een dorsmachine, die werd aangedreven door een rosmolen.

Een dergelijke molen was tot circa 1923 aanwezig bij de boerderij van de familie Huizing aan de Voorstreek 5 te Grolloo. Naast de schuur stond een verticale draaibare as met daaraan bevestigd een horizontale stang. Het uiteinde daarvan werd door een rondlopend, met oogkleppen voorzien paard voortgetrokken. Om te voorkomen dat het paard zou blijven stilstaan, werden de kinderen ingeschakeld om mee te lopen. Via een aandrijfas werd een binnen in de schuur opgestelde dorsmachine in beweging gebracht.

Door middel van hekels, een soort kammen werden de graankorrels van het stro gescheiden.
Met behulp van een aftakas kon even eens een wanmolen (hier weier = waaier genoemd) in beweging worden gebracht. Dit was een kist met een daarin een ronddraaiende waaier. Deze veroorzaakte een luchtstroom, waardoor het lichtere kaf van het zwaardere koren.

Het graan opgooien met de gevlochten wanwas daarmee ondervangen. Wat bleef was het ongezonde stuiven.

Een soortgelijke dorsmolen, doch zonder weier, kwam in Grolloo voor bij de boerderij van de familie Meijers aan de Zuiderstraat 13. De rosmolen hier werd getrokken door een span paarden. De rosmolen stond op een verhoging, waarin de aandrijfas was weggewerkt, zodat de paarden er geen hinder van ondervonden. Soortgelijke molens kwamen ook in Ekehaar voor. Bekend zijn nog die van familie Schuring, Hoofdstraat 4 en van de familie Popping, Hoofstraat 39.

Rosmolens werden ook toegepast bij het karnen. De draaiende beweging moest hiervoor worden omgezet in een recht op- en neergaande. Zodoende kon een stok met aan de onderzijde een houten schijf met gaten, die in de gedeeltelijk met room (melkvet) gevulde houten karnton hing, in beweging worden gebracht. Hierdoor klonterde de room samen tot boter. Dit 'machinale' karnen kwam ook voor in Eleveld en Eldersloo

Bron: De Nieuwe Drentse Almanak, 1992, W. Houtman.
jnjv

aanvullingen

trivia
NB De aangegeven locatie is een schatting.