Molen van Verhulst, Gapinge

Gapinge, Zeeland
v

korte karakteristiek

naam
Molen van Verhulst
modeltype
Wipmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06679 x
oude dbnr.
V1912
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Gapinge
plaatsaanduiding
Dorpsstraat 1, ten oosten van de dorpskern.
gemeente
Veere, Zeeland
streek
Walcheren
geo positie
X: 33056, Y: 396756
N: 51.54653, O: 3.62910

constructie

modeltype
Wipmolen
krachtbron
wind
functie
plaats bediening
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
zetelkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
In 1866 verbrandde een voormalige Zuid-Hollandse wipwatermolen die omgebouwd was tot wipkorenmolen. Noach Verhulst was molenaar op deze molen. Deze verdronk vroegtijdig, zijn broer Jan Kees nam de molen met bedrijf over. Deze molen zou er slechts maar een jaar gestaan hebben [hij staat nog niet op de top. veldminuut van 1857].

Molenaar Versluis kocht in Koog aan de Zaan een oude loodwitmolen, genaamd de Rob. Deze werd aldaar afgebroken, en door de Zaandaamse molenmaker Gras hier opgebouwd als korenmolen. Deze kreeg de naam De Zeehond.
Bij de molen stond een kippenkot, gemaakt van planken van de verbrande wipmolen. De zoon van molenaar Jan Kees Verhulst zou het hok schoonmaken, terwijl vader naar de markt was in Middelburg. Het was op een donderdagochtend, en wel die van 24 augustus 1896. In het kippenkot zaten luizen. Normaliter zouden ze worden uitgerookt, maar dit mocht niet van vader: “vee ste gevaarliek, meej die meulen der bie”. Maar zoonlief rookte toch de luizen uit, het vuur sloeg over en de molen vatte vlam, en brandde zodoende af! “Deze molens hebben gestaan, waar nu het hof van Wim Vos is”.

Er kwam weer een molen. Versluis was echter niet verzekerd, dus de kerk betaalde mee. Veel geld voor de bouw was er niet. Er werden onderdelen aangekocht van De Vijf Gebroeders in Goes, een molen met 21 meter vlucht. Deze werd daar gesloopt in opdracht van eigenaar de Jong, die ook eigenaar was van de nog bestaande Korenbloem.
De onderdelen, waaronder de kap, kwamen per schuit aan in Veere, en werden “vrijwilig” door boeren naar Gapinge gebracht. De molen werd gebouwd met 120.000 stenen, voor 10.000 gulden. Het werk werd uitgevoerd door een molenmaker van Schouwen. De gebroeders de Troyen waren te duur. Al op 1 november 1896 werd de eerste steen gelegd. Boer Piet Wattel opperde de gehele molen. Boven kwam men echter niet uit. Bram en Klaas de Troyen lachten toe. De romp werd anderhalve meter hoger, zodat de kap uit Goes toch paste. Hierdoor werd de vlucht wel 3 meter langer. De roede werden daarvoor opgelengd.

Op 30 september 1911 stak er na een droge zomer een noordwester storm op. De molen ging als een cirkel en een oplenger van anderhalve meter brak af tijdens het malen. Knecht Arjaan Corbijn was toen aan het malen. Molenaar was toen Jan Kees Versluis. In 1924 nam Corbijn de molen over van zijn baas. In 1931 nam Cees Versluis de molen weer over.

Bron: A.J. Wisse , MD. Het vereenigingsblad van de Zeeuwse molen.
Michel Dellebeke, 12 juni 2008.