Molen Graanmolen van Borgharen, Borgharen

Borgharen, Limburg
v

korte karakteristiek

naam
Graanmolen van Borgharen
modeltype
Watermolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
beek
Kanjel
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03922
oude dbnr.
V1240
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 03922 Graanmolen van Borgharen (Borgharen)
Foto: n.n.

locatie

plaats
Borgharen
plaatsaanduiding
Bovenstraat 12
beek
Kanjel
gemeente
Maastricht, Limburg
streek
Zuid-Limburg
kadastrale aanduiding 1811-1832
Borgharen B (1) 484 K.H. Baron De Rosen
geo positie
X: 176261, Y: 320543
N: 50.87430, O: 5.68925

constructie

modeltype
Watermolen
krachtbron
water
kenmerken
functie
inrichting
2 koppel maalstenen
gangwerk
wateras
rad
rad diameter
5,60 m Ø, 72 cm breed
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
buiten bedrijf
geschiedenis
De Graanmolen van Borgharen :

De watermolen werd gevoed door de Kanjel, een riviertje dat op zijn beurt gevoed werd door het water van de Geul.
Vroeger had het riviertje een eigen brongebied nabij Rothem, gemeente Meerssen.
De beek kruist het Julianakanaal middels een duiker, waarna deze zich splitst in twee takken, de Oude Kanjelbeek en de Nieuwe Kanjelbeek.
De molen lag aan de Nieuwe Kanjelbeek, tussen de dorpsweg en de Maas.
Het gebouw uit mergelsteen en een onderbouw uit maaskeien en Naamse steen lag onder één leien dak samen met de woonruimten.
Het water liep aan de achterzijde langs de molen, alwaar een houten waterrad met een middellijn van 5,60 m en breedte van 0,72 m werd aangestroomd.
Het rad was voorzien van een kleine krop. Het houten gangwerk was uitgevoerd als een onderaandrijving met een houten maalstoel voorzien van twee koppel stenen.

In 1951 verkocht Jeanne, barones de Lonchamps de molen aan Petrus Anselmus de Sintfiet die tot dan toe de molen in pacht had. De molen, die inmiddels op de voorlopige monumentenlijst stond, werd in hetzelfde jaar, en later in 1964, verbouwd met rijkssubsidies.
Het leiendak werd vervangen door een pannendak.
Alleen de dakkapellen behielden de leien.
De graanmolen was inmiddels al sinds het midden van de jaren 40 van de 20e eeuw niet meer in bedrijf.
Met het molenrad verdween ook de beek, die werd omgelegd en overkluisd.

Informatie van Pierre Vossen.


aanvullingen

trivia
De Graanmolen van Borgharen behoorde tot 1951 tot de goederen van het kasteel van Borgharen. Dit kasteel, ook wel “Haren” genoemd, was eeuwen lang de zetel van de heerlijkheid Borgharen. Hier resideerden de Heren van Borgharen.
In de 17e eeuw was het Albert de Merode, de laatste Heer uit het geslacht de Merode, die de heerlijkheid en de bijbehorende molen verkocht aan Philipert van Isendoorn à Blois.
Dit geslacht werd opgevolgd door het geslacht Van der Heyden à Blisia.
Door het huwelijk van Maria Louisa, barones Van der Heyden à Blisia, erfvrouwe van Borgharen, met baron Michel Hendrik de Rosen, werd in 1732 het geslacht de Rosen mede-eigenaar van de heerlijkheid.
De laatste Heer van Borgharen, Karel Hendrik Hyacinth, baron de Rosen, had twee dochters. Leonia de Rosen, zijn tweede dochter, huwde de graaf de Brigode de Kemlandt, waardoor de Harense goederen in het bezit van het geslacht de Brigode kwamen.
Vervolgens werden Paul de Brigode en Eusébie de Brigode, weduwe van Raphael, baron de Selijs Lonchamps ieder voor de helft eigenaar.