Molen De Sint Willebrordus / De Verdwaalde Boer, Zaandam-Oost

Zaandam-Oost, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Sint Willebrordus / De Verdwaalde Boer
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
oliemolen, pelmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01086
oude dbnr.
V3590
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 01086 De Sint Willebrordus / De Verdwaalde Boer (Zaandam-Oost)
Ansichtkaart collectie L. Middelkoop

locatie

plaats
Zaandam-Oost
plaatsaanduiding
Op het Kalf aan weg en Zaan, ten noorden van de cacaofabriek van Gerkens
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Zaandam B (1) 41 Klaas Honig, koopman
geo positie
X: 116511, Y: 497619
N: 52.46497, O: 4.82084

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
De molen bezat een dubbel oliewerk, later had de Sint Willebrordus een pelwerk voor het pellen van gerst.
versieringen
De molen had een eenvoudige baard met daarop het jaartal 1892.
Op de zuidkant van de schuur hing een naambord met daarop het volgende geschreven:

"an 16 DE St.WILLEBRORDUS 69 no"

plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
1932 onttakeld 1938 romp gesloopt 1958 restanten gesloopt
geschiedenis
De grote oliemolen de Sint Willebrordus werd gebouwd in het jaar 1669. De windbrief van de molen werd op 2 oktober van dat jaar uitgereikt aan Willem en Pieter Albertsz. De Sint Willebrordus werd op 16 september 1678 tegen brand verzekerd. Nu stond de molen op naam van Willem Jansz. Kaer.
Op 11 januari 1710 werd het volgende geveild:”de geauthoriseerden en testamentaire voogden over den boedel van Abraham Lucas Swart, presenteeren ¼ part in de dubbelde oly moolen c.a. genaemt de St. Willem off de verdwaelde boer staende tot oost saendam op het Kalff aen de Saen”. Er werd een bod gedaan van Fl.1050,-.
Bij de oprichting van het olieslagerscontract voor ladingen op 14 juni 1727 wordt de lading van de Sint Willebrordus op die dag door Dirck Kluys en Gijsbert van Elslandt, tegen brand verzekerd. Enkele jaren later, op 1 juli 1733, werd ook de opstal van de molen tegen brand verzekerd.
Gijsbert van Elslandt runde samen met zijn schoonvader Dirk Kluys een onderneming. Naast de Sint Willibrordus waren zij olieslagers met de volgende oliemolens:”de Zeeman”, “de Roggebloem” en “de Haan” in Oostzaandam, “de Bagijn” in Koog aan de Zaan, “de Roode Wildeman” en “het Witte Paard” in Wormerveer en “de Beer” in Wormer. Er waren in deze tijd niet veel andere ondernemers die zo’n groot aantal molens bezaten.
Tot 1756 blijft Gijsbert van Elslandt actief met zijn molens, daarna worden ze verkocht. De Sint Willibrordus wordt dan gekocht door Gerrit Kaaskooper Honigsz. Deze Gerrit Kaaskooper was een zoon van Stijntje Caeskooper en de Zaandijker papierfabrikant Cornelis Jacobsz. Honig. Sinds 1764 werkte Caescooper onder de firmanaam Gerrit Kaeskoper Honigzoon & Zoon. Gerrit Honigsz. bezat later naast de Sint Willebrordus, de Oostzaandammer oliemolens “het Windei”, ”de Haan”, “de Gooier”, “de Os” en “het Oude Bonte Kalf” en de Koger oliemolen “het Pink”. Na zijn overlijden in 1778 wordt hij opgevolgd door zijn zoon Claes Gerritsz. Honig, die het molenbezit uitbreidde met o.a. “de Kat”, “de Wandelaar”, “De Oude Zwan”, “De Strijd”, “Het Vette Schaap” en “het Varken”.
Claes Honig bezat de Sint Willebrordus nog niet helemaal, want op 7 januari 1786 kocht hij voor Fl.440,- het volgende:”5/96 parten in de olymolen genaamd de verdwaalde boer of St. Willebrordus, staande tot Oost Zaandam aan de Kuyl”.
Ook in het verleden waren er wel eens problemen met funderingen. Zo moet in het jaar 1781 de Sint Willebrordus worden opgevijzeld omdat hij was verzakt, tijdens deze reparatie moesten er zes van de acht steunberen van het achtkant worden vervangen en voorzien van nieuwe heipalen.
Als Claes Honig in 1813 komt te overlijden neemt zijn jongste zoon, Cornelis Honig, de firma van zijn vader over waar hij al sinds 1791 deel van uit maakte. Opnieuw wordt het molenbezit vergroot, ditmaal met de oliemolens “de Kieft”, “de Jonge Wolf”, “de Visser”, “de Kikker” en “de Kopermolen”.
In 1838 doet Cornelis Honig de molen over aan zijn zoon Pieter Honig. Deze telg uit de Honig familie blijft tot 1875 olie slaan met de Sint Willebrordus en verkocht de molen toen aan de gebroeders Klaas en Hendrik Brat. De firma Brat kwam oorspronkelijk uit Oostzaan en hield zich voornamelijk bezig met de productie van stijfsel. Daarnaast bezat zij de Oostzaner oliemolen “de Heining”. Later werd het molenbezit uitgebreid met “de Brijpot”, “de Jager”, “de Kogmeeuw” en “de Sint Willebrordus”. In 1876 gaan de beide broers, firmanten hun eigen weg en wordt de firma K. en H. Brat ontbonden. De Sint Willibrordus werd toen toebedeeld aan Klaas Brat, samen met “de Heining” en “de Brijpot”, verder kreeg Klaas Brat nog een pakhuis en de stijfselschuur “de Hoop”. Nadat Brat was verhuisd van Oostzaan naar Oostzaandam, werden in 1881 de Oostzaner bezittingen, “de Heining” en “de Hoop” verkocht. Begin 1882 koopt Brat de oliemolen “de Zeemeeuw”, gelegen op de Hemmes in Oostzaandam, dit gaat echter ten koste van de Brijpot. De Sint Willebrordus werd in 1884 verkocht aan Cornelis Bon voor Fl. 3450,-.
Op 8 april 1890 wordt er bij de molen een roed vervangen. Het werk werd door tien knechts uitgevoerd. Wanneer zij ’s avonds tijdens mistig weer naar huis gaan en midden op de Zaan varen, merken zij dat de roeiboot waarin ze zich begeven wel erg veel water begint te maken, tijdens de ontstane paniek slaat de volle roeischuit om. Zeven werklieden verdrinken, slechts één persoon kon worden gered. Twee andere molenmakers hadden voor een veilige weg gekozen en waren via de Noorderbrug naar de Koog gelopen. In de Zaanstreek werden toen gelden ingezameld voor de nabestaanden van deze molenmakers. Er werd een bedrag van Fl.400,- ingezameld plus nog wat anonieme giften. Verder keerde Cornelis Bon, twee weduwen die elk vijf en tien kinderen hadden, een jaar lang een wekelijkse bijdrage van enkele guldens uit.
De Sint Willebrordus blijft tot 1892 olie slaan voor de firma Bon. Op 24 mei van dat jaar werden de molen en de lading uit het OC geschreven. De molen werd toen gekocht door Hendrik Havik Jz. die na het verbranden van de Koger pelmolen “de Sint Jacob” om een nieuwe verlegen zat. Havik sloopt het oliewerk uit de molen en laat de Sint Willebrordus uitrusten met een pelwerk voor de productie van gort. Hendrik Havik zal tot 1916 met de molen blijven pellen. Daarna werd de molen verhuurd. Omstreeks 1925 wordt de molen het eigendom van de firma Groot & Co. die ook eigenaar is van de tot fabriek omgebouwde pelmolen “de Hondeman”. Niet lang daarna komt de Sint Willebrordus in handen van de firma T.Oly & Co. die een elektromotor bij de molen laat plaatsen en de windkracht vaarwel zegt. De molen wordt dan gebruikt voor het vermalen van diverse voedingsmiddelen. In 1932 heeft de ten noorden van de Sint Willebrordus staande oliemolen “de Oranjeboom” een nieuw roed nodig. Aangezien de Sint Willebrordus geen gebruik meer maakte van zijn wiekenkruis, kreeg de Oranjeboom een roed van de Verdwaalde Boer. De andere roed is er toen ook meteen maar uit gehaald. De molen die toen al enige jaren stilstond was er wat betreft onderhoud niet best aan toe. Zes jaar zou de Sint Willebrordus zonder roeden staan en in november 1938 worden het vervallen achtkant en de kap gesloopt. De schuren en de onderbouw van de molen bleven staan en gingen dienst doen als opslag ruimte. Zij werden in maart 1958 met de grond gelijk gemaakt.

In de schoeiing van het molenerf ligt nog steeds een kantsteen die afkomstig van de molen. Het erf doet tegenwoordig dienst als parkeerplaats voor de fabriek van Gerkens. Naast deze kantsteen is een straatnaam alles wat nog herinnert aan deze molen.

Bronnen:
- “de Zaende” 4e jaargang 1949 blz. 296
- “de Zaende” 2e jaargang 1947 blz. 134/ 136
- “de Windbrief” 11e jaargang 1982 nr. 38 artikel T. Neuhaus over de familie Brat (uitg. Ver. De Zaanse Molen)
- “Molens in de Zaanstreek in oude ansichten deel 1” T. Neuhaus 1987 blz.47
- “250 Zaanse molens” R. Couwenhoven 2001 blz. 124
- “Duizend Zaanse Molens” P. Boorsma 1968 blz. 139
- “Encyclopedie van de Zaanstreek” 1991 blz. 330-331
- “Het Olieslagerscontract” R. Couwenhoven 2002 blz. 50/ 105/ 117-122
- “Gedenkboek van het olieslagerscontract” 1912
- “Over molens der familie Honig” P. Boorsma 1939 blz.160-161
- “Zaanse Windmolens” P. Boorsma 1939 blz. 235-237
F. Rol.

aanvullingen

trivia
Oliemolen, later pelmolen "de Sint Willebrordus" bijgenaamd "de Verdwaalde Boer", achtkante bovenkruier met schuur, te Zaandam-Oost op het Kalf aan weg en Zaan, ten noorden van de cacaofabriek van Gerkens. Bouwjaar 1669, onttakeld in 1932, gesloopt in 1938.
-----

De Sint Willebrordus was een van de weinige Zaanse molens waarvan bekend is dat hij een lange spruit had i.p.v. een middelbalk. Het merendeel van de Zaanse industriemolens was uitgerust met een middelbalk. Andere molens die ook een spruit hadden in plaats van een middelbalk, waren de Koger oliemolen "de Waterhond" en de Westzaandammer meelmolen "de Ruiter".
-----

Blijkens een filmpje op YouTube was de molen in 1929 nog in bedrijf. De molen heeft dus langer gemalen dan aangenomen.
Arie Hoek, 27 feb. 2017.