Molen Ooster Krangeweersterpolder, De Volharding, Stedum

Stedum, Groningen
v

korte karakteristiek

naam
Ooster Krangeweersterpolder, De Volharding
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
00519
oude dbnr.
V2949
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 00519 Ooster Krangeweersterpolder, De Volharding (Stedum)
Foto: n.n.

locatie

plaats
Stedum
plaatsaanduiding
2,1 km ten Zuidwesten van de kerk a/d noordzijde van het Westerwijterdermaar
gemeente
Eemsdelta, Groningen
plaats(en) voorheen
Crangeweer
geo positie
X: 240618, Y: 591980
N: 53.30742, O: 6.67165

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
Vijzel
plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
vlucht
12,80 m, oud-Hollands opgehekt, ijzeren as
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
De molen was een vijzelmolen die in 1956 gesloopt werd.
Op 9 december 1955 werd een sloopvergunning verleend.

aanvullingen

trivia
De molen bemaalde de Ooster Krangeweersterpolder (40 ha).

In het dagboek schrijft Piet van Rossum op donderdag 8 april 1943 over deze molen:

Om de oude windmolen was een primitief hekwerk van ruwe palen aangebracht ten doel hebbende het vee te beschermen tegen de draaiende wieken.
Onder de molen door liep een gemetselde sluis waarin een soort houten turbine het water uit de lager gelegen afvoersloot omhoog hevelde waarna het terechtkwam in een wijde buis die op het kanaal uitmondde. Koning opende het hek en haalde een haast belachelijk uitziende grote sleutel voor de dag, zo'n ding waar ze in de middeleeuwen de stadspoort mee open deden. Met die sleutel kregen we toegang tot het inwendige van de molen en de boer en ik traden binnen.
Jaap en Lammert wisten aan de buitenkant wat hen te doen stond, ze moesten de wieken bedrijfsklaar maken met het uitleggen van de zeilen. Ik brandde letterlijk van nieuwsgierigheid om te ontdekken hoe die molen er van binnen uit zou zien... ik was als stadsmens nog nooit van z'n leven in een windmolen geweest! Nou, dat viel wel een beetje tegen! Veel machinerie zat er niet in, het belangrijkste dat opviel was de dikke verticale houten as die van boven uit de kap reikte tot beneden aan toe en daar verdween in een soort schacht, waarin een samenstel van houten kamwielen zorgde voor de overbrenging op de turbine. De draaibeweging van de wieken werd op gelijke wijze boven in de kap weer op de verticale as overgeplant, alles heel simpel maar van oerdegelijke constructie. De baas schatte dat deze molen stellig wel honderd jaar oud was en dat er naar zijn idee nimmer iets aan het mechaniek vernieuwd was. Alleen de houten vijzel die als een spiraal in de koker draaide was nog niet zo lang geleden door de timmerman opnieuw gemaakt en die had er de grootste moeite mee gehad om het net zo te krijgen als de voorvaderen het, bijna onbegrijpelijk precies, hadden gedaan.
Buiten zag ik dat Jaap intussen als een acrobaat in het houten latwerk van een der wieken was geklommen en zich bezig hield met het opnieuw spannen van het windzeil. Voorzichtig liet Koning de "vang" vrij zodat de volgende wiekarm in de goede stand kwam te staan, zodat ze er in konden klimmen. De zeilen werden maar "half" aangezet, er was wind te over en zó hard hoefde de molen nu ook weer niet te draaien.
Toen het allemaal zover was werd de kap omzichtig op de wind gedraaid en trok de baas de vang los en dan kwam het spektakel in vrij snel tempo op gang.
Driftig sloegen de wieken met suizelende vaart laag langs de grond voorbij... "Most goud oetkiek'n. Peit, das doe nait per oongluk bi langs loopst... oin klap en ie benn'n hartstikke dood!" waarschuwde m'n baas nadrukkelijk. Nou, ik kon me dat heel goed voorstellen, de armen vlogen met niet te stuiten kracht langs je heen en gelukkig was de ingang van de molen juist aan de tegenkant van de wieken zodat je niet veel kans liep door de wieken gepakt te worden. Binnen in het molenhuis was het nu een leven van jewelste, ratelend wentelden de houten kamraderen rond, onwrikbaar in elkander grijpend. De grote staande as trilde en knerpte en door heel het molenlichaam leek een siddering te gaan alsof het ganse bouwwerk ieder moment uit elkaar zou worden gerukt. En daar beneden in de diepte zag je dan hoe de langgerekte spiraal het water uit de poldersloot omhoog joeg door de houten tunnel en het met een fikse stroom afvoerde door de cementen goot naar het afwateringskanaal. Erg hard ging het niet als je het vergeleek met een modern elektrisch watergemaal, maar boer Koning verzekerde me dat het waterpeil in de sloten van z'n land tegen de namiddag minstens een halve meter gedaald zou zijn. "Most capaciteit van meul'n nait onderschatten, jong... kanst méér water verstouwen dan doe denkst!" verklaarde hij met enige trots.
Het scheen dat de wind nog wat meer ging toenemen met een regelmatige krachtige stroom vanuit het westen. De molenwieken begonnen dan ook in sneller tempo rond te wendelen en het stoten en trillen van het drijfwerk deelde zich mee aan vloer en muren, kolkend baande zich nu de waterstroom een weg door de goot. Inderdaad gingen er heel wat kubieke meters doorheen. De baas vond dat Jaap best wat minder zeil op de wieken had kunnen zetten, 't ging hom veuls te hard noar zien zin! "Moar joa, dei jong wait alles veul beter!" liet ie zich met een wat bitter lachje ontvallen.
De molen zal later in tijden van groot gevaar ook dienen als schuilplaats, zoals uit de volgende twee fragmenten uit het dagboek blijkt.
Maandag 3 mei 1943
Angstige dag op de boerderij. Vele mensen uit bedrijven in het oosten van het land door de Duitsers doodgeschoten. Oproep dat alle mannen tussen de 18 en 35 jaar zich moeten melden. Jaap, Lammert en ik houden ons die dag zo veel mogelijk schuil achter in het land bij de molen.
Dinsdag 13 juli 1943
In de namiddag komt er plotseling groot alarm van Compaan. Hij heeft een bericht doorgekregen vanuit Groningen (Scholhuis) dat de Duitsers van plan zijn het platteland te gaan uitkammen op onderduikers. Ze willen ook alle mannen beneden de 30 jaar vorderen. Jaap en ik gaan 's avonds tegen donker in de oude watermolen bij het afwateringskanaal slapen helemaal achter in het land. Bijzonder unheimische nacht boven in de kap van de molen, slapen op harde planken met een paardendeken over ons heen. We overwegen om een schuilhut te bouwen achter de tarwe. Jaap wil er morgen terstond mee beginnen.

De molen is in de loop van de jaren vijftig gesloopt voor een inmiddels ook al weer vervangen elektrisch gemaal.

Informatie van de heer Jaap van Rossum, 16 maart 2008
Wij mochten bovenstaande gegevens en de tweede foto van deze pagina overnemen van de website "Boerderij van Harm Koning", waarvoor onze dank!