Molen De Papegaaij, Delft

Delft, Zuid-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Papegaaij
modeltype
Ronde molen, stellingmolen
functie
moutmolen, korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03504
oude dbnr.
V907
Meest recente aanpassing
| Foto
media-bestand
Molen 03504 De Papegaaij (Delft)
Ansichtkaart Serie 70nr. 1, coll. NSR

locatie

plaats
Delft
plaatsaanduiding
aan de Buitenwatersloot z.z.
gemeente
Delft, Zuid-Holland
streek
Delft
kadastrale aanduiding 1811-1832
Delft A (1) 198 Pieter Nicola, broodbakker
geo positie
X: 83876, Y: 447033
N: 52.00710, O: 4.35131

constructie

modeltype
Ronde molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
ronde bovenkruier
versieringen

De gevelsteen van deze molen bevindt zich nu in de muur van een blok woningen nr 159 dat op de plek van de voormalige molen staat.

Op de steen staat te lezen:

DE PAPEGAEY IS MYN NAEM
TOT MALEN BEN ICK BEQUAEM
16 90
DIE DIT WERCK HEEFT DOEN MAKEN KYCK
SY IS GENAEMT LEUNTA JACOBA V.DYCK

Een nieuwere steen eronder vermeld:

DE PAPEGAAY. DE MOLEN VAN VAN DIJCK,
DE SLOOPER MAAKTE HAAR MET DE GROND GELYK.
WANT ZY HAD AFGEDAAN EN ZOO GE NU AANSCHOUWt
ZYN OP HAAR PLAATS, DEEZ'WONINGEN GEBOUWD.

plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis

1690:
Leuntje Jacobs van Dijck liet in 1690 samen met haar zoon Pleun de standerdmolen vervangen door een stenen stellingmolen. Hierbij werd de nog bestaande gevelsteen aangebracht.
1696:
Pleun kreeg in 1696 bij 'donatie intervinos' de hele molen in bezit, maar bij de verdeling van de erfenis in 1710 moest hij toch gewoon betalen voor zijn aandeel in de molen, de koetswagen, molenwagen, vier paarden en drie koeien en het gereedschap.
1738:
Bij verkoop in 1738 door Pleuns dochters aan de gebroeders Jan en Cornelis van Dijk, was sprake van 'een steene windkoornmolen, mitsgaders rosmolen, huijsinge, turfloots, thuin en erve aan de suijdsijde van de Buijtewatersloot deeser stad'.
1757:
In 1757 kreeg de molenaar toestemming om ook koren gaan malen, ondanks hevig protest van de drie concurrerende korenmolenaars van De Slikmolen, De Roos en De Groenmolen.
1789:
Na diverse eigendomswisselingen waren in 1789 Leendert Koster en Krijn van Dijk de eigenaars van De Papegaaij.
1794:
Molenaars van de drie andere korenmolens dienden in 1794 een verzoek in om afbraak van De Papegaaij en een verbod op het malen van bakgoed. Dat werd echter afgewezen, en later was Johannes Baggerman, molenaar van De Slikmolen, zelfs eigenaar van een helft!
1976-1840:
Mijn voorouder, Leendert Koster, geboren op 22 maart 1764 te Leiden, overleden na 1840, zoon van Ary KOSTER en Jannetje van der PLAET.
Gehuwd op 22-jarige leeftijd op 29-10-1786 te Maassluis met Pieternella (Pietertje) van WIJN, geboren circa 1765 te Maassluis, overleden op 28-04-1840 te Delft, dochter van Lambregt van WIJN en Maria van BEEK was tussen omstreeks 1796 en omstreeks 1840 molenaar op deze molen.
Dirk Koster, 5 april 2005

1812:
De molen met woonhuis, tuin en erf, en de wagen , het paard en de gereedschappen kwam in 1812 in bezit van de koopman Didericus Terburgh. Hij richtte voor de exploitatie van de molen een compagnieschap van broodbakkers op, die de molen verhuurden of verpachtten. In 1825 erfde Pieter Nicola een aandeel van de molen.

In 1843 werden reparaties ter waarde van ƒ 1290 uitgevoerd.

In 1859 bood Pieter Christiaan Nicola te koop aan: 'een hechte, sterke, goed onderhouden stenen windkorenmolen, tevens ingericht als moutmolen, genaamd De Papegaaij, voorzien van geheel nieuwe roeden en een bijna nieuwe as', met erf, molenwerf en woonhuis. Er werd echter te weinig geboden.

In 1860 werd de molen voor ƒ 6000 verkocht aan Willem Johannes Bakkeren (1823-1908), molenaar en korenkoper uit Gorinchem. Later gingen zoons Matthijs en Jan als molenaar bij hun vader werken, in maart 1903 nam Matthijs Bakkeren de molen over voor ƒ 6000, gevolgd door diens zoon Jaap die de molen in 1931 uit de erfenis van zijn vader kocht voor ƒ 6000.

Jaap Bakkeren liet enkele reparaties verrichten en leende in 1933 ƒ 5000 van de weduwe Klazina Boot. Haar erfgenamen wilden de molen verkopen omdat ze liever geld hadden. Verder werd eigenaar Jaap Bakkeren in 1934 door Openbare Werken van de gemeente Delft gesommeerd mankementen aan de molen te repareren, maar hij gaf aan dat niet te doen omdat de molen zou worden verkocht.
1935:
De openbare veiling waarbij de molen voor afbraak werd verkocht, vond plaats op 18 en 25 maart 1935. Ondanks inspanningen van Petra Beijdals (gemeentearchief Delft), die De Hollandsche Molen inlichtte, kreeg aannemer J. Rijsterborgh opdracht een offerte te maken van de afbraakkosten. Ook Openbare Werken adviseerde tegen de afbraak, maar in juni 1935 stelden B&W een ontwerp-sloopvergunning op en twee weken later kocht aannemer Rijsterborgh de molen voor ƒ 5000 voor afbraak.
Hij sloopte de molen in 1936.

Op de lege molenwerf werden enkele nieuwe woonhuizen gebouwd, waar de gevelsteen werd ingemetseld. In het molenaarshuis nr. 157 bleef de familie Bakkeren wonen. Jaap Bakkeren overleed als een van de laatste Delftse beroepsmolenaars in 1990. Langs het molenhuis loopt de werf nog steeds enigszins omhoog, als aandenken is een molensteen als plaveisel aangebracht.

Bron: Molen de Papegaaij en het papegaaischieten, art. door Aart Struijk, Jaarboek 2011 van Delfia Batavorum, pag. 91-104.

nog waarneembaar

Het huis van de laatste molenaar, Buitenwatersloot 157 is nog altijd aanwezig, evenals een gedeelte van de molenwerf.
Bij de vroegere oprit naar de molen ligt in de bestrating een molensteen.

aanvullingen

trivia

Er werd vroeger gedacht dat bij de afbraak de Potroeden naar de Groeneveldse Molen in Schipluiden waren gegaan.
Dit is echter niet het geval. Voor de Groeneveldse Molen werden nieuwe roeden met de nrs. 2124 en 2129 gemaakt.

Op de website over de Buitenwatersloot staat dat voor de grond waarop de molen stond al ƒ 100.000 was geboden, dat is echter onjuist.

De molen zou al voor de WO-I gesloopt worden. Maar pas in 1936 werd de molen werkelijk gesloopt waarna er een blokje etagewoningen voor terug kwam.
Bron: onbekend.

foto's

foto's