Molen Rog Molen, Beetsterzwaag/ Beetstersweach

Beetsterzwaag/ Beetstersweach, Fryslân
v

korte karakteristiek

naam
Rog Molen
modeltype
Standerdmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
07954
oude dbnr.
V7954
Meest recente aanpassing
| Conversie
media-bestand
Molen 07954 Rog Molen (Beetsterzwaag/ Beetstersweach)
Fotoarchief NSR, grafzerk/grafsteen molenaar

locatie

plaats
Beetsterzwaag/ Beetstersweach
plaatsaanduiding
bij De Kombuis
gemeente
Opsterland, Fryslân
geo positie
X: 201208, Y: 563722
N: 53.05838, O: 6.07643

constructie

modeltype
Standerdmolen
krachtbron
wind
functie
plaats bediening
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
zetelkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
De eerste vermelding van deze molen "op de Pastorije Sate" is uit van 18 februari 1664, toen de molen uit naam van de weeskinderen van de weduwe Pieter Willems werd verkocht. Op de Schotanus-kaart van 1664 staat hij nog niet.

Vanaf 1676 was er een reeks achtereenvolgende eigenaren van de hele of de halve molen:
Aijso Hemminga, 1681 Hendrick Arents, 1727 Beernt Clases, Claes Beerntsz. (grafsteen uit 1778 met afbeelding van de standerdmolen ligt nog bij de Hervormde kerk), Ypkjen van Hemminga, 1778 R. van Lijnden en Berend Claasz., diens schoonzoon Egbert Rienks Kuipers (naam in 1829 op genoemde grafsteen toegevoegd).

Claas Berents, ook wel Claas Beerns van der Meulen genoemd, stond in 1749 te boek als boer en molenaar, toen Jacob Popkes de oostelijke molen in het dorp bemaalde. Claas was in 1732 in Beetsterzwaag getrouwd met Grietje Egberts en beide werden twee jaar later lidmaat van de Hervormde Kerk. In 1752 woonden zij als lidmaat “Achter de buiren” van het dorp. Later woonde hij in de “buren” en in 1778 overleed hij, 74 jaar oud.

Hij werd later opgevolgd door zijn zoon Beert Clases (1739-1803) en later werd bakker Egbert Rienks Kuiper (1768-9 april 1829), in 1793 getrouwd met zijn kleindochter Anna Berends (1769-1832), eigenaar. Nog weer later kwam de molen van Kuipers aan Schroor en dat was nog steeds de westelijke molen, die inderdaad achter de huizen in het dorp stond.

Claas Beerns van der Meulen werkte op de “rog molen” in het dorp en niet op de Oostermolen.

In 1816 lieten bovengenoemde eigenaren de standerdmolen afbreken, en werd een nieuwe stellingmolen gebouwd ruim 200 m zuidelijker. De nieuwe locatie zal vanwege de betere windvang zijn gekozen.

Bronnen:
- Molens in Opsterland, door Ernst Huisman en Gjalt Popma, 1979. Met dank aan H. van der Kaay.
- Het molenbestand in Friesland, een overzicht van het aantal der industriemolens in Frl. tot 1900, art. door drs. D.M. Bunskoeke in De Utskoat nr. 40, dec. 1985.
nog waarneembaar
Op de grafsteen staat te lezen:
'Den 9 Februarij 1778 in den Heere Gerust de Eerzame Klaas Beerents
Old Molenaar te Beetsterzwaag oud Ruim 74 Jaaren en Legt hier Begraaven.
Toen Eerst mijn Oog 't ligt aansagh stond ik al bloot voor dezen Slagh
Die onlangs mij Getroffen heeft En Eens Sal Treffen al wat leeft'


N.H. Kerkhof te Beetsterzwaag.
Informatie: Leeuwarder Courant, 28 april 1949

aanvullingen

trivia
De molen staat aangegeven op de Schotanus-kaart van 1718, hij stond toen direct achter De Kombuis.

* De afgebeelde woning 'kombuis' was de komiezenwoning waar de maalbelasting werd betaald. De molen stond oorspronkelijk dichter bij deze woning, maar werd later [1816] enkele honderden meters naar het zuiden verplaatst.

Informatie van M.T.P. Schroor, 14 september 2008