Molen van Fick / Eschse Molen, Esch

Esch, Noord-Brabant
v

korte karakteristiek

naam
Molen van Fick / Eschse Molen
modeltype
Ronde molen, stellingmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
restant
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
00178 a
oude dbnr.
V791
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 00178 a Molen van Fick / Eschse Molen (Esch)
Detail van onderstaande foto

locatie

plaats
Esch
plaatsaanduiding
Dorpsstraat 23a v/h de Vinkenheuvel
gemeente
Boxtel, Noord-Brabant
streek
Meierij van 's-Hertogenbosch
geo positie
X: 148478, Y: 402687
N: 51.61303, O: 5.29304

constructie

modeltype
Ronde molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
ronde bovenkruier
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
media-bestand
Roede 1886, Pot
Pot
✉︎ 1886 binnen 1901 1901? binnen 1923 23,50
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
restant
bouwjaar
verdwenen
onttakeld [? bron onbekend]
geschiedenis
De molen werd gebouwd als opvolger/vervanging van een standerdmolen [? bron onbekend].

Op 30 april 1875 werd er een vergunning verleend aan de Schijndelse hoofdonderwijzer H. Fick voor het oprichten van een windgraan- en schorsmolen te Esch' op voorwaarde dat de molen op 28 m afstand van de weg gebouwd zou worden.

Fick werd in 1814 in Amsterdam geboren. Hij was eigenaar van de molen en van het ernaast gebouwde huis was, toch bleef hij in Schijndel wonen. Het molenaarschap liet hij over aan zijn zoon Hendricus Fick. Deze huwde kort na het in bedrijf nemen van de molen met de bakkersdochter.

In 1886 brandde de molen en de bijbehorende bergplaats geheel af. De molen werd daarna weer geheel herbouwd.
[Waarschijnlijk is dit onjuist. Volgens Gemeentelijk Archief Esch 1246, reg. van vernieuwde, veranderde en gesloopte gebouwen, brandde in 1886 niet de molen, doch slechts de erbij behorende bergplaats geheel af en werd die herbouwd. Red.]

Op 73-jarige leeftijd kwam in 1887 de eigenlijke eigenaar van de molen ook in Esch wonen, hij overleed echter al na drie weken, en zo werd de zoon eigenaar van de molen. In datzelfde jaar overleed ook de vrouw van Fick junior, moeder van 5 kinderen. Een jaar later hertrouwde Hendricus Fick met de Boxtelse H. Veroude. Uit dit huwelijk werd in 1893 hun zoon Johannes Fick geboren.

In 1905 breidde Fick zijn bedrijf uit. Hij kreeg toestemming om ook nog een zagerij te mogen beginnen die aangedreven zou worden door een petroleummotor.

In 1912 overleed Hendricus J. Fick. Ficks weduwe werd de nieuwe eigenaresse van de molen, samen met haar toen nog minderjarige zoon Johannes. Het bedrijf werd geleid door zijn halfbroer die in 1918 als molenaar naar Boxtel vertrok. In 1919 trouwde Johannes Fick met H. Hermus uit Oud-Vossemeer.

In 1923 kreeg Johannes Fick toestemming de petroleummotor te vervangen door een ruwolie-motor. De buurt protesteerde ivm brandgevaar. In 1934 werd deze motor vervangen door een dieselmotor. Ditmaal klaagde de buurt niet alleen vanwege het lawaai dat ze bij het proefdraaien hadden gehoord, maar ook vanwege het zaagsel dat in de omliggende tuinen terechtkwam. De overlast nam toe in 1938 toen hij ook toestemming kreeg om een lintzaagmachine in gebruik te nemen.

Ook de protesten tegen het in werking stellen van een elektromotor in 1941 werden door de gemeente ongegrond verklaard.

Op 27 oktober 1944 lag de molenromp onder vuur. Begin 1980-er jaren werd de molenromp tot woonhuis verbouwd.

Bron ondermeer: De Kleine Meijerij (Vlugschrift van de HKK en het streekarchivaat in het kwartier van Oisterwijk), 1978.
Verzameling H. van der Kaay.
nog waarneembaar