Molen van de Heer van Echten, Hoogeveen

Hoogeveen, Drenthe
v

korte karakteristiek

naam
Molen van de Heer van Echten
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
korenmolen, pelmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
00691
oude dbnr.
V641
Meest recente aanpassing
| Algehele revisie gegevens
media-bestand
Molen 00691 Molen van de Heer van Echten (Hoogeveen)

Ansichtkaard serie 32, nr 4, coll. DVM

locatie

plaats
Hoogeveen
plaatsaanduiding
bij de sluis in de vaart te Echten
gemeente
Hoogeveen, Drenthe
plaats(en) voorheen
Echten
kadastrale aanduiding 1811-1832
Ruinen F (3) 358 Rudolf Otto van Holthe, Gedep. Staat
geo positie
X: 223905, Y: 524856
N: 52.70673, O: 6.40674

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting

2 koppel stenen

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
plaats kruiwerk
bovenkruier
bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
Enthoven & Co, L.I. ✉︎ 357 1863 1962
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
circa / circa 1789 ?
verdwenen
afgebroken, verplaatst
verplaatst naar
geschiedenis

1673 Spoedig na de verwoesting van de oude molen in 1673 moet hij weer opgebouwd zijn want in 1681 is er sprake van eene molenaar Hendrick Arens te Echten. Niet onmogelijk is dat de molen toen werd herbouwd aan de Hoogeveensche Vaart omdat dat na het gereed komen van deze vaart in 1633 een gunstiger plaats was. 
Vanaf 1766 was Hendrik Klaas Bos de huurder van de molen. Dat hij in het verlaathuis woonde en de sluis en de bruggen moest bedienen, zou er op kunnen duiden dat de molen toen al bij de sluis stond.

Afstammelingen van de genoemde Arens waren door de eeuwen heen steeds molenaars. Welliswaar staan de molenaars uit de 19e eeuw bekend als Harens, doch het kan niet anders, of het moet dezelfde familie zijn. Vele eigennamen zijn in de loop der eeuwen wel eens iets gewijzigd en juist een letter H werd bij vele namen dan weer weg gelaten, dan weer toegevoegd. Helemaal kloppen doet de reeks niet want het is bekend dat de molen tussen 1794 en 1826 verpacht was aan Jurriën Rumph. Hij vertrok omdat zijn zoon Jan Jurjen de Ruiner korenmolen in de buurtschap Engeland had aangekocht (Tenbruggencatenummer 06463 k).

Kornelis Harms van Veen was hierna twee jaar molenaar, hij overleed op 14 april 1828.

Op 06-06-1829 hertrouwde de weduwe Catriena Hermens van Dooren met molenaarsknecht Jan Alberts Harens, geboren in 1808 te Zuidwolde. 
In 1831 kocht Jan Alberts Arens een stuk landbouwgrond vlak bij de molen. In de koopakte staat hij aangeduid als korenmolenaar te Zuidwolde. Later werd W. Arents eigenaar. Hij was gehuwd met een dochter van C. van der Wetering, van Havelte.

Tussen 1843 en 1848 vond vermoedelijk een ingrijpende verbouwing van de molen plaats. In 1843 bedroeg de huurwaarde nog 100 gulden, er werkten twee volwassenen. In 1848 was de huurwaarde verhoogd tot 360 gulden, het was toen een 'windkoren- tevens boekweitenmolen' waarop twee volwassen krachten werkten.
In 1852 verhuisde het molenaarsgezin naar de Echtener kant van de vaart, waar douarière Anna Geertruida van Holthe tot Echten een nieuw huis liet bouwen bij de molen.

23-12-1854 Nieuwe Drentsche courant,  ECHTEN, 

gem. Ruinen, 21 Dec. Tusschen dingsdag en woensdag nacht, is alhier bij den molenaar een diefstal met buitenbraak gepleegd; nadat namelijk de dief of dieven eenige planken van den molen hadden afgebroken, om door deze opening naar binnen te komen , hebben zij van den molenaar medegenomen een zak rogge en een kwart mudde gemalen boekweit. De policie is hel nog met gelukt dader of daders op le sporen.

 
De laatste Harens was Harm Harens, bijgenaamd Harm Mulder, hij kocht de molen die voordien altijd gepacht werd, in 1885 van de familie van Holthe tot Echten. Harm Harens had geen zoon die hem op kon volgen, maar zijn dochter trouwde met J. F. Santing die de opvolger werd. Vanaf 1911 werd een aparte molenaar aangesteld. Enkele namen van elkaar opvolgende molenaars: H. Boerman, Akkerman, Singer, K. de Groot en G. v.d. Haar.

Tot in de 1950-er jaren functioneerde de molen. Vooral wanneer men van de kant van Ten Arlo kwam was het eerste wat men van Echten zag de molen, en hierdoor werd het silhouet van het dorp bepaald. 

Volgens molenmaker J.D. Medendorp was de molen niet met riet gedekt, maar met stro.

Begin 1960-er jaren was de toestand van de molen zodanig dat alleen met zeer hoge kosten een herstel nog mogelijk was. De molen werd in 1962 door de gemeente Ruinen gekocht waarna hij met gebruik van onderdelen van een oude molen uit Koekange in de buurtschap Engeland bij Ruinen weer werd opgebouwd als beltmolen De Zaandplatte.

Bronnen:
- 800 jaar Echten.
- akte 318 Huize Echten, Drentsch Archief Assen.
- Afhankelijk van mijnheer den wind. De verdwenen molens van Ruinen, Echten, Pesse en Ansen, Bertus Mos, Jan Tissing (in herinnering) en Henk Tissing. Stichting het Drentse Boek 2014.
-----

Deze grondzeiler aan de Hoogeveense Vaart werd in 1866 door molenmaker Zilverberg voor de familie Van Holthe tot Echten.
Bron: onbekend.
[Helaas staat hier niet wat Zilverberg met de molen uitvoerde. Gebouwd/gerestaureerd/geschilderd/verhuurd?? Red.]

Volgens Ten Bruggencate was het bouwjaar ca. 1789, en in de molen stond 1868.
In 1947 was de molen met één roede in bedrijf, en reeds in verval.

nog waarneembaar

Op de voormalige molenplaats staat nu een café restaurant genaamd 'De Molenhoeve'

aanvullingen

trivia

Waarschijnlijk werden voor deze molen (of voor de poldermolen) zeilen gehuurd bij zeilmakerij Wouda van de periode 1877 tot 1945. Er werden gedurende de jaren drie maten zeilen gehuurd namelijk zeilen voor een vlucht van 72/73 voet en zeilen van 70 voet. Deze verschillende maten kunnen betrekking hebben op veranderingen aan het gevlucht of verbeteringen van foutief opgemeten lengten.
Ook is het niet uitgesloten dat molenaars grotere of kleinere zeilen wilden gebruiken. Waarschijnlijk is hier in Drenthe gebruik gemaakt van de Amsterdamse voet, deze is ruim 28 cm. andere maten zijn de Utrechtse stadsvoet (26,8 cm). De Friesche koningsvoet (32,6 cm), de latere Friese of Deventer houtvoet (29,5 cm)
Er werden geen zeilen gehuurd gedurende de jaren 1915/1916 en van 1920 tot 1925.

De locatie is eind 20e eeuw geannexeerd door gemeente Hoogeveen.




foto's

foto's