Molen Polder van Zuilichem (2e), Zuilichem

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1638

verdwenen

1720

vervangen

voorganger

Zuilichem (Polder van Zuilichem (1e))

opvolger

Zuilichem ((Naamloos))

geschiedenis

In het jaar 1638 moest de eerste molen vervangen worden en werd een nieuwe achtkante watermolen gebouwd.

Op 26 maart 1707 werd besloten om de roe en de as te laten repareren. Op 5 juli 1708 was dit echter nog steeds niet gebeurd, waarna een timmerman en Aarnout van Genderen naar Gorinchem togen om daar een nieuwe molenroe te kopen. Na bevindingen van de timmerman die moest onderzoeken wat er aan de molen mankeerde, moesten er twee nieuwe platen komen, de molen stond te ondiep en kon niet goed malen, dus was het voorstel om het scheprad verlengen en de goot te verdiepen.
Op 27 juni 1767 werd er tijdens een vergadering weer gesproken over een nieuwe molenas.

Uit stukken van het dorp Zuilichem van begin achttiende eeuw blijkt dat de in 1638 gebouwde molen toen in een hele slechte staat verkeerde, en hoognodig aan vervanging toe was. Opvolger werd de thans nog aan de Meidijk staande achtkante poldermolen.
De oude molen werd afgebroken, verkocht en naar Driel gebracht waar hij werd herbouwd als korenmolen.

Bron: Historie van de watermolen en het stoomgemaal, art. door Jan van Brakel in "Kèl, Kèl, waène tijd was tè...".